Artikel

Inspiratiedocument 2016: Grenzen

Pepijn Reeser

Van de Chinese Muur tot het IJzeren Gordijn, van sociale scheidslijnen tot culturele of mentale barrières: Een grens markeert, verbindt en verdeelt. Grenzen zijn bedoeld om mensen buiten of binnen te houden, om af te schrikken en veiligheid te bieden. Maar of ze nu geografisch, fictief of van prikkeldraad zijn: geen enkele grens is absoluut en eeuwig.

 

Natuurlijke en continentale grenzen

Zelfs ‘natuurlijke’ grenzen als ravijnen, rivieren, bergketens en oceanen zijn niet onveranderlijk. Nederlanders verleggen al duizend jaar de grens tussen land en water. De Mississippi is allang niet meer de frontier met het wilde westen, de Alpen zijn meer skigebied dan barrière. Voor de Romeinen was de Rijn onderdeel van de Limes, de grens met de barbaren. De boezem van het rijk werd destijds gevormd door de Middellandse zee, Mare Nostrum: het water maakte uitwisseling mogelijk en zorgde voor culturele en economische bloei. Die betekenissen zijn inmiddels sterk veranderd. De Rijn symboliseert, mede dankzij succesvolle internationale schoonmaakacties, de ruggengraat van Europa. De zee daarentegen vormt een dodelijke grens: meer dan 20.000 immigranten op weg naar Europa vonden hier de voorbije decennia de dood.

Al sinds de oudheid wordt gesteggeld over de grenzen tussen Europa, Azië en Afrika, tussen beschaving en ‘barbarij’. Is Europa een territorium met geografische grenzen of een gemeenschap met een gedeeld verleden en gezamenlijke waarden - en waar ligt dan de fysieke én mentale grens? Wordt Europa begrensd door een joods-christelijke traditie, is er ook ruimte voor de islam?

 

Nationaal en lokaal

Grenzen voorzien in een behoefte. Een grens bakent af, is een markering: het begrip marke, nog herkenbaar in het dorp Marken, stamt af van het Latijnse marca, wat grensteken, grens of omgrensd gebied betekende. Fence (schutting) en defence liggen niet toevallig in elkaars verlengde - een grens maakt zichtbaar tot waar een territorium loopt en wiens veiligheid gegarandeerd wordt.

Wie grenzen overschrijdt of in elkaars vaarwater komt, heeft snel een conflict. Soms omdat er olie, goud, peper of nootmuskaat mee gemoeid zijn, soms omdat grenzen verbonden zijn met trots en identiteit of eergevoel een rol speelt. Joegoslavië scheurde omwille van veel meer dan territoriale grenzen uiteen, Vlamingen en Walen strijden om taal en voorzieningen in hetzelfde land. De Tweede Wereldoorlog ging sterk over ideologische grenzen, over de strijd tussen democratische en totalitaire systemen. De grens tussen burgers en militairen vervaagde; de holocaust was zo grensoverschrijdend dat hij voor sommigen moeilijk was voor te stellen. 

De meeste identiteitswaarde hebben onze nationale grenzen. Die zijn netjes aangegeven met grenspalen. Aan de Belgische grens 369 stuks, 872 aan de Duitse grens. Maar ook binnen de landsgrenzen staan grenspalen, poorten en muren. Die illustreren dat provincie- en stadsgrenzen tot circa 1800 voor velen van groter belang waren dan de landsgrenzen. Het slechten van de binnenlandse grenzen bleek een taai proces. Zo passeerde de reiziger die aan het eind van de negentiende eeuw over een rijksweg reisde, om de 5 kilometer een tolhuis waar hij leges moest voldoen. In 1916 werd in Nederland nog op ongeveer 300 plekken tol geheven.

 

Grensoverschrijdend reizen, werken en wonen

Wie waren dergelijke reizigers, wie staken er in het verleden grenzen over? Kooplieden speurden in exotische culturen naar nieuwe waren, kunstenaars zochten inspiratie, jonge mannen op hun Grand Tour jaagden avontuur en ervaringen na. Voor dergelijke reizigers waren aanbevelingsbrieven van groot belang. Deze documenten gaan eeuwen terug - in de bijbel worden ze al genoemd - en ze zijn nog herkenbaar in ons paspoort. Dat bevat ook nu nog het verzoek aan bevriende staten om de houder vrije en ongehinderde doorgang te verlenen en alle nodige hulp en bijstand te verschaffen.

Ook zonder dergelijke documenten werd er gereisd. Vanaf de late middeleeuwen vormde de kuststrook van Denemarken tot Noord-Frankrijk in feite één arbeidsmarkt, met daarbinnen flinke migratie, vooral door seizoensarbeiders. Taal- en landsgrenzen vormden voor de vele vooral Duitse migranten nauwelijks een belemmering. In de Republiek waren sociale, religieuze en juridische grenzen van groter belang dan geografische barrières: wie geen burgerrecht had, mocht bijvoorbeeld geen eigen zaak beginnen of voor de overheid werken en had geen recht op armen- of wezenzorg.

 

Wij en zij 

Die rechtsongelijkheid bestond bij uitstek in koloniale samenlevingen: daar had iedere bevolkingsgroep zijn eigen rechten en plichten. Hoe ver hij mocht reizen, wanneer hij moest werken, waar en wat hij mocht eten, of hij het land mocht verdedigen, het lag allemaal vast. Op het overschrijden van de grens tussen zwart, blank en gekleurd stonden soms zware straffen. In veel postkoloniale samenlevingen spelen etnische grenzen tot op de dag van vandaag een rol, met name de Zuid-Afrikaanse Apartheid ligt nog vers in het geheugen.

Rond de onafhankelijkheid van de koloniën werden de nieuwe landsgrenzen vaak haastig getekend. Ze bleken al te vaak de bron van etnische en religieuze conflicten. De dekolonisatie betekende ook dat voormalige rijksgenoten, zoals Surinamers of Indonesiërs, van de ene op de andere dag buitenlanders werden. Ondanks een gedeeld verleden hoorden zij er niet meer bij, maakten ze geen deel meer uit van de nationale gemeenschap.

De geschiedenis van grenzen is kortom ook de geschiedenis van groepsvorming en uitsluiting. De grenzen tussen arm en rijk, tussen levensbeschouwingen of sociale groepen leken vaak onoverbrugbaar en werden in oorlogstijd op scherp gezet. Ze spraken ook tot de verbeelding; de wereldliteratuur staat bol van onmogelijke, verboden liefdes en solidariteit tussen de verschillende klassen, rangen en standen. Het belang van religieuze grenzen is sinds de verzuiling sterk verminderd en wie wil trouwen met iemand uit een ander milieu, brengt daarmee allang geen schande meer toe aan de familie. Maar de kloof tussen hoog- en laagopgeleiden neemt juist toe. Waar liggen de grenzen anno 2016? Bijvoorbeeld als het gaat om mannen en vrouwen, allochtoon en autochtoon, Randstad en ‘provincie’, Noord en Zuid? 

 

Grenzen oprekken

De afgelopen decennia kregen veel grenzen een andere betekenis. Doordat na de Tweede Wereldoorlog vergaande Europese samenwerking ontstond, kwam er een eind aan een lange smokkeltraditie. In oorlogstijd werd bijvoorbeeld flink gesmokkeld aan de grens - tijdens de Tweede Wereldoorlog was grensoverschrijdende uitwisseling van goederen of informatie soms van levensbelang, en tijdens WO I bouwde de Duitse bezetter zelfs een hek dat onder hoogspanning stond om grensverkeer met België tegen te gaan. De meeste smokkel vond echter plaats in vredestijd: eind jaren 1950 verdween mogelijk 10% van de totale landbouwproductie illegaal naar België. De smokkelaar is echter niet geheel verdwenen; hij is nu een grensoverschrijdende crimineel die handelt in wapens, drugs of mensen.

De grenzen gingen niet alleen open, ze kwamen ook binnen bereik van een grotere groep Nederlanders. De enorme stijging van het autobezit - in 1960 telde Nederland ruim een half miljoen auto’s, in acht jaar tijd verdubbelde dat twee keer, tot ruim twee miljoen in 1969 - maakte vakanties in Zuid-Europa mogelijk. Net als eerder de trein dat deed verlegden de auto en het vliegtuig grenzen. In de jaren 1960 werden ook andere grenzen geslecht die voorheen onneembaar leken, zoals de eerste mens in de ruimte (1961) en op de maan (1969). Alles leek mogelijk, tot het invloedrijke rapport Grenzen aan de groei (1972) duidelijk maakte dat de aarde wel degelijk limieten kende.

 

Grenzeloos

Is een wereld zonder grenzen te verkiezen? Draagt het opheffen van grenzen bij aan voorspoed en vrede, zoals bijvoorbeeld de Europese Unie en de Esperantobeweging (taalgrenzen) voorstaan? Technische, economische en wetenschappelijke vernieuwing ontstaat door buiten bestaande kaders te denken, grenzeloos optimisme of enthousiasme werkt aanstekelijk. En grenzeloze ervaringen zijn populair. Geestverruimende middelen, Hollywood en de gamesindustrie bieden ons onderdompeling in fantasiewerelden, meeleven met superhelden of griezelen met het occulte. Zijn er grenzen aan de fantasie?

In het dagelijks leven zijn ze er zeker wel. Wie geen grenzen kent, is onaangepast, niet sociaal, overdreven enthousiast of seksueel losbandig. Grenzen bieden houvast: tussen goed en kwaad, tussen publiek en privé. We voeden kinderen op door grenzen aan te geven; wie spreekwoordelijk grenzen overschrijdt, gaat alle perken te buiten. Tenzij de omstandigheden extreem zijn. Van een topsporter verwachten we juist grensverleggend gedrag, oftewel records.

 

Grensgevallen

Als de geschiedenis van grenzen één ding duidelijk maakt, dan is het wel dat ze continu veranderen. Historische grenzen, zoals die tussen klassen, rangen en standen en tussen stad en platteland, maakten plaats voor nieuwe afbakeningen: privacy, hokjesdenken, vrijheid van meningsuiting tegenover respect en fatsoen, commercieel versus publiek. Zelfs op het internet, een in meerdere opzichten grenzeloze ontmoetingsplek, spelen juridische en sociale grenzen een rol. Dat is niet voor niets. Grenzen zijn cultureel bepaald en sterk persoonlijk - volgens Schopenhauer houdt iedereen de grenzen van zijn eigen gezichtsveld voor de grenzen van de wereld. Ze worden steeds opnieuw vastgesteld, veranderd, verlegd, bewaakt en overgestoken. Iedereen heeft behoefte aan grenzen, én aan het verleggen daarvan.

 

Pepijn Reeser (1984) schrijft en redigeert, doet onderzoek en geeft advies. Hij studeerde Geschiedenis in Nijmegen en werkte onder andere voor het Nationaal Historisch Museum en het Surinaams Museum. Zijn boek 'Desi Bouterse, een Surinaamse tragedie' (2015) werd genomineerd voor de Libris Geschiedenisprijs.