Tekst: Femke Knoop
Foto's: Rachelle Stoffels
In de trein op weg naar Zwolle las ik ’t Hooge Nest van Roxanne van Iperen. In de gelijknamige villa herbergden Janny en Lien Brilleslijper tijdens de Tweede Wereldoorlog talloze onderduikers. Dankzij dit boek realiseerde ik mij dat ik eigenlijk heel weinig weet over het verzet in Nederland, laat staan over de vrouwen in het verzet. Het historisch café bleek dan ook erg leerzaam.
De avond werd georganiseerd door het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) en Jonge Historici, met ondersteuning van het Historisch Centrum Overijssel. Voor het NIMH was dit nieuw, vertelde Tessa Mulders: ‘Wij doen eigenlijk nooit zulke publieksevenementen, zeker niet voor een heel jonge doelgroep, dus ik vind dit erg leuk. Jonge historici hebben vaak andere perspectieven dan de gevestigde orde en dat is heel verfrissend.’
Sietske van der Veen opende de avond met een lezing over verzetsvrouwen in het algemeen. ‘De Van Dale noemt het woord verzetsvrouw niet, maar schaart dit onder verzetsman,’ merkt Van der Veen op: ‘Alsof de verzetsvrouw nog altijd ondergeschikt wordt geacht.’ Dé verzetsvrouw bestond volgens Van der Veen niet: ‘Zij was rijk, arm, getrouwd, weduwe, moeder, student, huisvrouw en nog veel meer.’
Truus en Freddie Oversteegen en Hannie Schaft – ‘het meisje met het rode haar’ – waren de enige drie vrouwen in het gewapende verzet in Haarlem. Lisanne de Ruiter ging dieper in op de overeenkomsten en verschillen tussen de drie vrouwen. Het vrouw zijn was daarbij belangrijk, maar ook het feit dat zij communistisch waren, vertelde De Ruiter: Daardoor werden zij tijdens de Koude Oorlog niet als verzetsvrouw erkend.
Een pubquiz zorgde voor een luchtig intermezzo tijdens het Historisch Café. Vragen als ‘welke actrice speelde de rol van Hannie Schaft in de film ‘Het meisje met het rode haar?’, ‘In welke stad is een straat vernoemd naar Francien de Zeeuw?’ en ‘wat was Reina Prinsen-Geerligs van plan te leveren op het moment van de arrestatie?’ deden de hersens van het publiek kraken. Het maakte pijnlijk duidelijk hoe weinig wij nog weten over verzetsvrouwen.
Renna won de pubquiz. Zij heeft geschiedenis gestudeerd en deed een minor gender and diversity. Gender is volgens Renna een belangrijk thema, omdat vrouwen vandaag de dag nog altijd achtergesteld worden, bijvoorbeeld op het gebied van lonen. ‘In de geschiedschrijving gaat het vaak over mannen en helden. Slechts drie van de vijftig vensters in de geschiedeniscanon gaan over vrouwen. Dat vind ik te weinig. Er moet meer balans komen.’
Kim werd derde bij de pubquiz en doet zelf onderzoek naar vrouwen bij de krijgsmacht. Verzetsvrouwen verdienen volgens haar meer aandacht, omdat zij de credits verdienen voor wat zij hebben gedaan: ‘Het is oneerlijk dat sommige vrouwen hun leven hebben gegeven, maar nooit erkenning hebben gekregen voor wat zij deden. Dat geeft een verkeerd beeld en heeft ook impact op het heden. Als wij zeggen: ‘die vrouwen waren niet zo belangrijk’, geeft dat ook aan hoe wij vandaag de dag over mannen en vrouwen denken.’
De avond eindigde met de column van Sanne Schraa, waarin zij betoogde dat historici verzetsvrouwen te vaak plaatsen in een ondergewaardeerde positie als assistente, weduwe of vriendin. Ook kregen verzetsvrouwen mannelijke eigenschappen toebedeeld, om zo hun aanwezigheid in het door mannen gedomineerde verzet te verklaren. Jacoba van Tongeren werd bijvoorbeeld een ‘potige dame’ genoemd. Daarom hield Schraa een hartstochtelijk pleidooi voor een nieuw genderperspectief op verzetsgeschiedenis. ‘Een dringende oproep aan historici om vrouwen in het verzet zonder waardeoordeel en zonder door gender gelaagde stereotypen te benaderen zodat zij, weliswaar 75 jaar na dato, de gerechtvaardigde waardering krijgen voor hun onmisbare bijdrage aan het verzet.’
Studente politicologie Ines loopt stage bij het Ministerie van Defensie. Zij vond de avond inhoudelijk zeer interessant: ‘Door deze avond kijk ik nu anders naar verzetsdaden en de rol van vrouwen daarbij. Ik heb er nooit bij stil gestaan dat de verhalen vaak gaan over het individu en het gewapende verzet, maar door deze avond ben ik mij daar bewust van geworden.’
Op de terugweg pakte ik ’t Hooge Nest er weer bij. Na alles wat ik had gehoord over de vrouwen in het verzet, had ik nog meer waardering gekregen voor de daden van de gezusters Brilleslijper en andere vrouwelijke verzetsstrijders. Het is belangrijk om deze verhalen te blijven vertellen, omdat niet alleen mannen maar ook vrouwen een belangrijke rol speelden in het verzet. Daar mag nog meer aandacht voor komen dan alleen tijdens dit Historisch Café.