In 1951 stuurt de Nederlandse regering Molukse KNIL-militairen met hun gezin per dienstorder naar Nederland. In totaal worden 12.000 mensen overgebracht naar barakkenkampen, zoals dit woonoord in Lage Mierde. Tijdelijk, is de bedoeling. De koffers naast de bedden doen dienst als kledingkast, maar laten ook zien dat de bewoners klaar zijn om elk moment weer naar huis te gaan. Van 1954 tot 1962 wonen er achttien gezinnen in het kamp Lage Mierde. In 2001 verwerft het Nederlands Openluchtmuseum deze laatste overgebleven barak.