Bizarre argumenten
Vrouwen hebben sinds 1944 effectief functies vervuld binnen de Krijgsmacht. Dat wil niet zeggen dat er al niet eerder werd nagedacht over de rol die vrouwen binnen de krijgsmacht konden spelen. Telkens hielden de Ministers van Oorlog, vrijwel uitsluitend mannen, de boot af. Daarvoor voerden ze argumenten aan die we vandaag de dag ronduit bizar zouden vinden. Zo zouden vrouwen voor een positie in het leger fysiek en geestelijk te zwak zijn. Ook zou de omgang met mannelijke soldaten niet goed zijn voor hun moraal: ze zouden 'in hun zedelijkheid worden aangetast'. Kortom, de Krijgsmacht was geen plek voor vrouwen, zo luidde de conclusie.
Een kleine stap vooruit
In de Tweede Wereldoorlog veranderde het overheidsstandpunt. De meeste mannen waren nodig om te vechten, waardoor de dienstverlening áchter het front in het nauw kwam. Waarom zouden vrouwen die niet voor hun rekening kunnen nemen? Zo gezegd, zo gedaan. Vanaf toen kregen vrouwen onder andere secretariële taken, maar ze waren ook actief als verpleegster of als assistente bij de luchtleiding. Vechten was er toen nog niet bij. Dat kwam pas veel later, in 1982.
Beroepskorpsen
Toch hadden de activiteiten van de vrouwen tijdens de oorlog in Europa en Azië zoveel indruk gemaakt op de Nederlandse overheid, dat zij in 1951 besloot vrouwelijke militaire vrijwilligsters permanent onder te brengen in een drietal Vrouwen-beroepskorpsen. Dat waren de MILVA (Landmacht) in 1951, de MARVA(Marine) in 1952 en de LUVA(Luchtmacht) in 1955. Deze korpsen waren contingenten op zich, met vrouwen aan het hoofd. Voor hen was op den duur zelfs de rang van luitenant-kolonel beschikbaar.
Lange weg naar gelijkwaardigheid
Vrouwen begonnen mee te tellen. Zowel het Verdrag van New York (1953) als het Verdrag van Europa(1957) legden voor die totale integratie een solide juridische basis. De emancipatiebeweging deed de rest. Maar de weg naar volledige integratie van de vrouw in het leger was uiteindelijk lang en vol obstakels. De mannen binnen de Krijgsmacht deden nog steeds al het mogelijke om integratie te voorkomen.
Vanaf 1982
Hoe dan ook, in 1982 was het dan zover: vrouwen werden vanaf toen als geheel gelijkwaardig aan hun mannelijke collega’s behandeld en betaald. Ze werkten vanaf toen niet meer alleen in de dienstverlenende sector, maar vochten ook actief mee in de krijgsmacht. De volledige integratie had ook gevolgen voor de Vrouwenkorpsen. Die werden opgeheven.
N.B.: Beperkte openingstijden!
Elke woensdag 9.00-17.00 uur. Elke zaterdag 13.00-17.00 uur