Tijdens de Eerste Wereldoorlog trokken talloze mensen naar Drenthe om te werken in de veengebieden. Er was grote behoefte aan turf vanwege het tekort aan steenkool. Omdat na de oorlog de import van steenkool weer op gang kwam, stortte de vervening in. Een langdurige sociaaleconomische crisis was het gevolg.
Hoe anarchisten en sociaal-democraten tegenover elkaar kwamen te staan
Al eerder was de turf minder winstgevend, met lagere lonen tot gevolg. In dezelfde periode kreeg het socialisme voet aan de grond en werden er vakbonden opgericht. Deze beide ontwikkelingen zetten de arbeidsverhoudingen in de venen flink op scherp. Het verzet tegen de verslechtering van de arbeids‑ en levensomstandigheden was echter niet eensgezind. Terwijl er in Nederland in het algemeen sprake was van een tegenstelling tussen socialistische en confessionele vakorganisaties, gold in Zuidoost-Drenthe dat vooral anarchisten en sociaaldemocraten tegenover elkaar kwamen te staan. Tijdens de crisis in 1921 kwam deze rivaliteit tot een hoogtepunt.
De lezing wordt verzorgd door Jan Kalter, auteur van het boek “Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe 1860-1921”
Aanmelden & toegankelijkheid
- Aanmelden is noodzakelijk via info@drentsarchief.nl.
- Er geldt een maximum van 50 deelnemers.
- De zaal is toegankelijk voor mindervaliden.