Artikel

Station

Philip Freriks

In de jaren zeventig heb ik voor Vara’s Achter het Nieuws nog eens een reportage gemaakt over, wat we toen noemden, gastarbeiders, die hun godganse zondag doorbrachten in de stationsrestauraties van de steden waar ze waren beland.

Volgens degenen die het weten konden, was het heimwee die de wat grijze, grauwe mannen naar de stations dreef.
Voor hun gevoel waren ze daar dan net iets dichter bij huis.
Ze hoefden het spoor maar te volgen.
Ergens in de verre onzichtbare verte was thuis.

Of de bewering klopte weet ik niet. Maar de cameraman maakte er pure poëzie van. Het spoor werd een onafzienbare ijzeren weg die in een mistig onbestemde verdween. De mannen zwegen, de blik op oneindig.
Het melancholische getokkel op een ud, een Arabische luit, deed de rest.
Heimwee zelden zo gevoelig in beeld gebracht.

Op de een of andere manier kon ik meevoelen met die mannen. Als ik vroeger droomde van ver weg, ging ik ook naar het station.
En in zekere zin doe ik dat nog altijd.

Van Maarten van Traa weet ik dat hij in elke stad die hij aandeed, altijd even naar het station ging. In zijn tijd als journalist en later internationaal secretaris van de PvdA waren dat er nogal wat.
Het was een goedaardig soort dwangneurose die ik onmiddellijk herkende toen hij me erover aansprak.  
Sindsdien doe ik dat ook, even naar het plaatselijke station.

Een station is een soort opera, beweerde Léon-Paul Fargue, een Parijse stadschroniqueur van voor de oorlog. Drankorgel en poëet. Voorbestemd dus om een legende te worden.
Hij woonde vlakbij het Gare du Nord, zag huwbare meisjes verdwijnen in de witte rook van de Nord-Express en verhief het noordstation tot muziektheater waar je tegelijkertijd acteur en toeschouwer bent.

Blaise Cendrars, dichter en journalist met de woorden ik doop mijn pen niet in inkt maar in het leven, stapte op zijn beurt in de nachtblauwe wagons met gouden opdruk van de Compagnie Internationale des Wagons-Lits et des Grands Express Européens en riep ze uit tot zijn rijdende kerk.
Als conducteurs waren Maarten en ik er een tijdje misdienaars.

Als romantische held werd ook Cendrars een legende. Met als eerste aanzet zijn episch gedicht over de Trans Siberië Express waarmee hij naar het oosten spoorde tijdens de Russisch-Japanse-oorlog.
 
Ik zit nu al zeven dagen in de trein.
Met het eeuwige geluid van razende wielen in de voren van de hemel.
De ramen met rijp bedekt.
Geen natuur.
En daarachter, de Siberische steppen, de lage hemel en de grote schaduwen van de Zwijgers die stijgen en dalen.

En ik zag, ik zag de geruisloze treinen, de zwarte treinen, die terugkwamen uit het Verre Oosten en die als schimmen voorbijreden.
In Talga lagen 100.000 gewonden te creperen door gebrek aan medische verzorging.
Ik heb de hospitaals van Krasnoïarsk bezocht.
In Khilok kwamen we een lang konvooi van krankzinnige soldaten tegen.

En ik zag, ik zag treinen van 60 locomotieven die er in een wolk van stoom vandoor gingen met de hitsige horizon op de hielen en zwermen raven die er achteraan vlogen.
Verdwijnen.
In de richting van Port Arthur…

Tijdens een vakantie in Portugal was Maarten op een middag ineens verdwenen. Ook zijn vrouw wist niet waar hij was.
Aan het eind van de middag dook hij weer op. Zichtbaar tevreden op zijn pijp sabbelend.
Hij was met het lokaaltje op -en neer geweest naar het naburige havenstadje.
Even naar het station.
Ik nam hem bijna kwalijk dat hij me niet meegenomen had.

Wat hem dreef weet ik niet.
Daar hebben we het nooit echt over gehad.
Maar ik vermoed dat ook hij dat raadselachtige gevoel van opwinding onderging als je zo’n muziektheater binnengaat waar je tegelijkertijd acteur en toeschouwer bent.
Met de haast niet te onderdrukken neiging om in te stappen op weg naar het onbekende.
Op weg naar de hitsige horizon.
Ook al is dat met een lokaaltje.

Vertaling
Proza van de Transsiberische Spoorlijn en van de kleine Jeanne van Frankrijk
Ieme van der Poel

Philip Johan Freriks is een Nederlands journalist. Van 4 maart 1996 tot en met 18 december 2009 was hij presentator bij het NOS Journaal. Daarnaast presenteert hij het Groot Dictee der Nederlandse Taal en De slimste mens. Freriks droeg bovenstaande column voor tijdens de live uitzending van OVT op 15 oktober in Blijdorp. Beluister de uitzending terug op de website van de VPRO.