Het Watersnoodmuseum geeft een indrukwekkend beeld van wat er gebeurd is tijdens en na de ramp van 1953 en de impact hiervan op mensen. Na de Watersnoodramp werden er zinkstukken gebruikt om een bodem te maken waarop de caissons (grote betonnen constructies) moesten komen. Een zinkstuk is een grote, gevlochten mat van rijshout. Door het plaatsen van caissons konden dijkgaten worden gedicht.
Tijdens deze workshop gaan kinderen aan de slag om een eigen zinkstukje te maken. Als de zinkstukjes af zijn, mogen ze die zelf laten afzinken in het water.