Na de Tweede Wereldoorlog werden ruim 300.000 Nederlanders onderzocht. Ze werden verdacht van samenwerking met de Duitse bezetter, verraad, NSB-lidmaatschap of indiensttreding bij het Duitse leger. Naast deze daderdossiers zijn in het archief ook veel namen te vinden van slachtoffers en getuigen. De kans is groot dat ook jij bekende namen tegenkomt in het archief. Voor nabestaanden is het mogelijk om in detail te lezen wat hun voorouders voor misdaden hebben begaan of waarvan ze verdacht werden, maar ook voor familie van slachtoffers bevat het archief confronterend materiaal over hoe familieleden en bekenden zijn verraden en vermoord.
Dilemma's
Onder leiding van moderator Frénk van der Linden komen de dilemma’s en vragen, die de digitalisering van het CABR met zich meebrengen, aan bod. Hij spreekt hiervoor met nabestaanden, historici en andere deskundigen. Wat betekent de onbegrensde toegankelijkheid van het archief voor de nabestaanden van slachtoffers en daders? Zijn zij bang voor scheve blikken en (online) haat? Hoe gaan we om met privédocumenten in het archief die niets met het onderwerp te maken hebben? Wat weegt in zo’n geval zwaarder, het recht om te weten of het recht om te vergeten?
Herinneringscultuur
Na de oorlog houden we in Nederland lange tijd het beeld in stand dat ‘ons’ oorlogsverleden enkel bestaat uit verzetshelden. Dit beeld is langzaam aan het verschuiven en zal definitief veranderen met de afronding van het digitaliseringsproject. Nederland moet op zoek naar een nieuwe herinneringscultuur. Hoog tijd dus voor een gesprek over ‘ons’ oorlogsverleden.